David Malouf: Herinneringen aan Babylon



Ongeveer 1850, Australië: In een nederzetting van Engelse kolonisten spelen drie kinderen in een veld. Ineens springt er een wezen op hen af, ze schrikken zich wezenloos: is het een zwarte, voor wie ze altijd gewaarschuwd worden? Maar dan stamelt de verschijning: "niet schieten! Ik ben Engelse man" En onder bewaking van het oudste kind wordt hij naar de nederzetting gebracht.

De MacIvers nemen hem onder hun hoede, tegen de zin van vele medebewoners. Zelfs al erkennen zij dat de man niet gevaarlijk is, hij heeft duidelijk bij de Australische inboorlingen gewoond, en daar zijn ze bang van. Hij is vast een spion.. Hij noemt zich Gemmy, en hij blijkt een vrij simpele jongeman te zijn. Op 13-jarige leetijd is hij van een schip af gezet, en aangespoeld op het strand. De inboorlingen hebben hem opgenomen en hem opgevoed in hun manier van lezen die erg dicht bij de natuur staat. Van wat hij voor zijn 13e geleerd heeft, is hij veel kwijt.

Verderop in het boek vernemen we dat het ook niet veel geweest is. Het boek gaat vooral het indringende van kolonisatie, over de eigenlijk onmogelijke vanzelfsprekendheid waarmee kolonisten het land naar hun eigen inzicht willen veranderen, naar voorbeeld van hun vaderland, dus, zonder er bij stil te staan dat dit nieuw land heel anders is. Maar vooral ook over de verbazingwekkende brutaliteit, over hoe ze menen het recht te hebben zomaar dat land in te pikken en de inboorlingen weg te vagen. Alsof die geen cultuur hebben.

Dat Gemmy liefdevol is opgenomen door diezelfde "gevaarlijke" inboorlingen, zet hen over het algemeen niet aan het denken, integendeel, ze beschouwen Gemmy nu ook als zwarte. Alleen de dominee verdiept zich in de schoonheid van het land "we hebben er verkeerd aan gedaan dit continent als vijandig en onfortuinlijk te beschouwen" zegt hij, en "het was fout het op onze manier te willen cultiveren. Het IS al bewoonbaar" " de kinderen van dit land zijn voor dit land gemaakt, zoals het land voor hen. We moeten, nederiger, van hen leren". Maar hij staat nagenoeg alleen, dat weten we van de geschiedenis.

Als op zeker moment Gemmy beseft dat hij nooit geaccepteerd zal worden, sterker nog: dat de Engelse manier van leven hem ziek maakt, verdwijnt hij weer.

Malouf schrijft vrij indirect, er zijn heel veel beschrijvingen. Dat maakt het boek wat saai, maar tegelijk zijn de gebeurtenissen en de ideeën zo boeiend dat je doorleest. Je maakt je kwaad over de houding van de kolonisten, maar is er ooit iets veranderd?
 

 

Marjo van T

 


Met de Aborigines (vaak ook aboriginals genaamd) worden de eerste menselijke bewoners van het Australische continent en hun afstammelingen aangeduid. Het woord aborigine stamt uit het Engels en betekent van oorsprong, dus de oorspronkelijke bewoners. Het begrip is in het Engels overigens niet specifiek.
(Meer bij Wikipedia)

Australian Aboriginals

David Malouf was born in Brisbane, Queensland in 1934. His father's family came to Australia in the 1880s from Lebanon and his mother's family from London just before World War I. He was educated at Brisbane Grammar School and the University of Queensland, where he taught for two years after graduating. He left Australia aged twenty-four and lived in Britain from 1959-68 where he taught in London and Birkenhead. He returned to teach English at the University of Sydney, where he stayed until 1977. He now writes full-time and lives part of the year in Australia and part in southern Tuscany in Italy. (meer)

Meer boeken over Australië

 

Boekgrrls

Laatste keer bijgewerkt: 12/12/05  Eisjen

Terug naar top pagina