Joann Sfar: De kat van de rabbijn - 3 / De Exodus


Het is de kat die aan het woord is. Niet zo'n Nederlandse, obese kat, nee zo'n echt, Afrikaans scharminkel dat blij is als het een extra schoteltje melk krijgt. Niet aan te zien van lelijkheid, maar duidelijk niet minder aanhankelijk voor aai-grage handen.

 

Je hoeft geen Jood te zijn, noch 'pied-noir' (letterlijk 'zwarte voet', of te wel de Franse kolonist en zijn afstammelingen in Afrika) om deze albums te waarderen. In deel één van deze serie, die zich afspeelt in Algerijë aan het begin van de 20ste eeuw, verorbert de kat de te luidruchtige papagaai in het huis van de rabbijn (zijn baas) en kan als gevolg daarvan praten. Hij legt dan ook meteen uit waarom de rabijn een kat heeft i.p.v. een hond. De Joden zijn door de eeuwen heen al voldoende de gebeten hond geweest en zijn eveneens genoeg afgeblaft. Als 'Joodse' kat vraagt hij daarop aan zijn baas of het mogelijk is dat hij zijn bar mitsva mag vieren.

Sfar zet in deze stripverhalen d.m.v. drie hoofdpersonen, de kat, de rabbijn en zijn dochter, Zlabya, de Joodse samenleving neer in Algerije. De kat levert het nodige sarcastische en humoristische commentaar op deze Joods, Algerijnse gemeenschap met haar 613 wetten van de Torah zonder die te willen ondermijnen. Hij is degene met de duizendenéén vragen die wil weten hoe het is om Jood te zijn en wat hun idee van de `Eeuwige´, hun God, is.

In deel twee `De Malka van de Leeuwen´ wordt de relatie tussen de Arabieren en de Joden onder de loep genomen en gloort er hoop aan de horizon. De rabbijn vindt een oude vriend van vroeger terug, een Arabier. Samen bezoeken ze het graf van iemand genaamd Messaoud Sfar. In dit deel zijn het niet de mensen die met elkaar overhoop liggen over de oorsprong van de naam ´Sfar´ (een duidelijke verwijzing..), maar de kat van de rabbijn en de ezel van de Arabier. De één beweert dat het Joods is, de ander zegt Arabisch. Gedurende dit verhaal verliest de kat weer haar spraak-vermogen omdat hij de naam van God hardop heeft gezegd, iets wat verboden is in het jodendom.

In deel drie lezen we de gedachten van de kat tijdens zijn 'exodus' met zijn baas die met haar dochter op huwelijksreis gaat naar Parijs, omdat de de ouders van de schoonzoon - ook een rabbijn - niet overgekomen zijn voor het huwelijk en hij toch die ouders moet leren kennen. Aangekomen in Parijs echter lopen de gemoederen zo hoog op tussen het jonge stel en de oude rabbijn dat deze nog voor dat ze bij de ouders zijn er vandoor gaat met de kat.

Hij zoekt zijn neef op, van wie hij weet dat hij als zanger de kost verdient in Parijs. Maar eerst schuilt hij voor de eeuwige regen in een rooms-katholieke kerk, waar de kat bevriend raakt met een hond. Samen zien ze hoe de rabbijn zich het meest on-koosjere maal voor laat zetten en ondertussen zijn God vraagt hem te zeggen dat het niet mag en niet moet. God zwijgt. Vervolgens komt hij erachter dat neef-lief, verkleed als Arabier, als straatzanger van pikante liedjes de kost verdient en samenwoont met een dame van net nog niet licht zeden die veel van alcohol houdt.

Ondertussen voelt Zlabya zich een provinciaaltje in de rijke familie van haar man en de mindere van haar schoonzussen de 'Parisiennes'.

Uiteindelijk komt de rabbijn toch naar de familie en stort de schoonvader meteen zijn hart uit. Waarom wordt uitgerekend zijn zoon rabbijn? Hij, die zijn kinderen nooit lastig heeft willen vallen met het geloof zoals zijn eigen vader deed, heeft nu een zoon die rabbijn is geworden!!!

Terug in Algerije houdt de rabbijn wel een heel bijzondere preek waarin ineens al die 613 wetten er niet meer zo toe lijken te doen. Iedereen is toch gelijk aan elkaar. Wel een heel snelle omslag voor iemand die 10 dagen daarvoor nog stond te wachten dat er drie sterren aan de hemel zouden staan, zodat het zeker was dat de sjabbat voorbij was en er weer gerookt mocht worden.

En dat laatste is dan ook de enige zwakke kant van het verhaal. Het gaat het hele stripverhaal allemaal met een vaart van het ene uiterste naar het andere. Het is erop gericht dat we elkaars culturen moeten leren waarderen, maar dat accepteren van elkaar kan met net iets meer diepgang lijkt me. Het is overigens een mooi getekend album, getekend in de kleuren zoals een 'pied-noir' alles boven de Pyreneeën ziet. Grauw van de regen. 

 

Eisjen
die benieuwd is naar het volgende deel.
 

Bronnen:
Scenario.com
CoinBD.com
Critiques Ordinaires
Parutions.com


Joann Sfar werd op 28 august 1971 in Nice, Frankrijk geboren. De stripboeken die hem bekend hebben gemaakt is de serie 'Donjon' en die van 'de kat van de rabbijn'.

Na een cursus filosofie in Nice gaat hij naar de kunstacademie in Parijs.
Door zijn erudite achtergrond en de poging de lezer zich te laten verdiepen in andere culturen heeft hij een heel ander publiek weten te bereiken dat het normale stripboeken publiek. Bij Sfar is het keyword 'familie'. Zelf heeft hij zijn moeder onvoelde lang gekend om er werkelijk herinneringen aan te hebben. Een moederfiguur is herkenbaar in de verschillende vrouwen die Sfar neerzet. Zijn vader, een beroemd advocaat, schijnt een bijzonder figuur te zijn en Sfar is dan ook gedeeltelijk door zijn grootouders opgevoed.

Momenteel heeft Sfar drie families. Zijn eigen gezin, zijn familie van de personen in zijn boeken en zijn beroepsmatige familie, want, meer dan enig ander auteur, houdt Sfar er van te werken met andere mensen.

Na het stripverhaal, de filosofische essay (Candide et Le Banquet, ed. Bréal) heeft Sfar momenteel een nieuwe uitdaging: Het schrijven van een filmscenario.

Sinds 2005 is Sfar directeur van de nieuwe collectie stripverhalen bij Gallimard. (Link leidt naar Franse website).

(Bron: De Franse Wikipédia)


In de reeks 'De kat van de rabbijn' verschenen:

1. De bar mitswa
2. Malka van de leeuwen
3. Exodus

Bar Mistwa
Wanneer een joodse jongen de leeftijd van 13 bereikt, wordt hij verantwoordelijk onder de joodse wet. Op dat moment wordt de jongen een bar mitswa (בר מצווה-"zoon van het gebod"). Vóór deze tijd, ligt alle verantwoordelijkheid bij de ouders. (Meer bij Wikipedia)

Kasjroet (Hebreeuws: betekent 'competentie') is het systeem van spijswetten dat in het jodendom bepaalt of voedsel wel of niet door joden gegeten mag worden. (...) Koosjer
Als voedsel in overeenstemming is met de kasjroet, dan noemt men het koosjer. (Meer bij Wikipedia)


 

Boekgrrls

Laatste keer bijgewerkt: 23/01/06  Eisjen

Terug naar top pagina