André Brink: A dry white season



GODDANK IS DIT BOEK GEDATEERD. En dan bedoel ik niet de taal, of de stijl, nee: ik ben blij te weten dat het beschreven leven in Zuid-Afrika nu passé is.

A dry white season is een politiek boek. Maar het is ook een spannend - en een geweldig goed geschreven boek! Bij het lezen van de eerste alinea werd ik meteen het verhaal ingezogen.

"I used to think of him as an ordinary, good-natured, harmless, unremarkable man. The sort of person university friends, bumping into each other after many years, might try to recall, saying: 'Ben Du Toit?' Followed by a quizzical pause and a half-hearted: 'Oh, of course. Nice chap. What happened to him?' Never dreaming that *this* could happen to him."

Leraar Ben Du Toit blijkt uiteindelijk helemaal geen 'goeiige Mr Nobody'. Wanneer de zoon van de keurige, zwarte conciërge, Gordon Ngubene (die Ben goed heeft leren kennen), na een arrestatie onder verdachte omstandigheden overlijdt en Gordon een zelfde lot beschoren is -alleen maar omdat hij het verdwenen lijk van zijn zoon wil begraven- denkt Ben dat er sprake is van een groot misverstand. Maar langzaam worden hem de ogen geopend en leert hij het racistische en onderdrukkende Zuid-Afrikaanse systeem zien voor wat het is. Hij besluit te vechten voor rechtvaardigheid - tot welke afgronden hem dat ook brengt.

Hoewel de personages en de concrete verhaallijn fictief zijn, geeft André Brink nadrukkelijk aan dat niets in zijn roman verzonnen is en dat het klimaat, de geschiedenis en de omstandigheden waaruit het boek voortkomt die van zijn hedendaagse Zuid-Afrika zijn. Dat was in 1979. Omdat de schrijver last had van censuur heeft hij zijn eigen uitgeverij opgericht, van waar zijn boeken rechtstreeks aan belangstellenden werden verzonden.

A dry white season is erg realistisch geschreven. Ik geloof zonder meer hoe mensen blind kunnen zijn voor wat er onder hun neus gebeurt. Tot het henzelf raakt... Aan het realisme wordt bijgedragen doordat het verhaal wordt geïntroduceerd door een schrijver die op de universiteit een kamer deelde met Ben Du Toit. Met dagboekaantekeningen, knipsels en andere paperassen probeert hij het verhaal van Ben te vertellen. Wat hem dat persoonlijk ook weer moge brengen...

Het 'kennen' van je medemens is een duidelijk thema in dit boek. De strekking is dat we 'de ander' uiteindelijk nooit echt kennen, of je nu jaren getrouwd bent, kamergenoten was op de universiteit, of leed deelde in een Jappenkamp. Als puntje bij paaltje komt zijn we allemaal moederziel alleen.

Met 'a dry white season' duidt Ben de periodes in zijn leven aan die een belangrijk keerpunt vormen: een scheidslijn met een duidelijk vóór en ná. Als kind verwoestte een grote droogte alles voor zijn familie, ondanks de inzet van Ben en zijn vader. Wanneer hij op zoek gaat naar de rechtvaardigheid voor Gordon, breekt er opnieuw zo'n periode aan.

"The single memory that has been with me all day, infinitely more real than the solid school buildings, is that distant summer when Pa and I were left with the sheep. The drought that took everything from us, leaving us alone and scorched among the white skeletons. What had happened before that drought has never been particularly vivid or significant to me: that was where I first discovered myself and the world. And it seems to me I'm finding myself on the edge of yet another dry white season, perhaps worse than the one I knew as a child."

Het verhaal wordt voorafgegaan door een gedicht van Mongane Wally Serote dat 'a dry white season' als thema heeft; ik neem aan dat André Brink hier zijn titel vandaan heeft gehaald.

Jullie zijn vast al een beetje citaatmoe (ookal is Brinks taalgebruik prachtig, vinden jullie ook niet?), maar ik wil hier toch nog een treffend stuk kwijt waarin je Ben Du Toit bewust ziet worden van de zwart-witproblematiek.

"Whether I like it or not, whether I feel like cursing my own condition or not - and that would only serve to confirm my impotence - *I am white*. This is the small, final, terrifying truth of my broken world. I am white. And because I'm white I am born into a state of privilige. Even if I fight the system that has reduced us to this I remain white, and favoured by the very circumstances I abhor. Even if I'm hated, and ostracised, and persecuted, and in the end destroyed, nothing can make me black."

Een mooi en indrukwekkend boek. Goddank dat de wereld, de mens, in staat is tot verandering.

 

Chanou
 


André Philippus Brink (geboren op 29 mei 1935 in Vrede) is een Zuid-Afrikaans schrijver. Hij schrijft in het Afrikaans en het Engels en is professor Engels aan de Universiteit van Kaapstad.

In de jaren '60 van de vorige eeuw was hij samen met Breyten Breytenbach een sleutelfiguur in de Afrikaanse literaire beweging die bekend werd onder de naam "de Zestigers". De tot deze beweging behorende schrijvers gebruikten het Afrikaans als taal om te ageren tegen de apartheid in Zuid-Afrika.
(Meer bij Wikipedia)

Kaart van Zuid-Afrika (CIA)
Zuid Afrika


Apartheid
was het officiële systeem van rassensegregatie dat tussen 1948 en 1990 in Zuid-Afrika en het huidige Namibië in werking was. Het woord apartheid komt uit het Afrikaans (niet uit het Nederlands) en is als leenwoord in bijna elke andere taal onvertaald opgenomen. Het eerste bekende gebruik van het woord was in 1919, tijdens een toespraak van Jan Smuts, de toenmalige eerste minister van Zuid-Afrika.
(Meer bij Wikipedia)

 


 

 

 

 

 

 

 

Mongane Wally Serote (1944) is a South African poet and writer. He was born in Sophiatown, Johannesburg and went to school in Alexandra, Lesotho and Soweto. He was arrested by the apartheid government under the Terrorism Act in June 1969 and spent nine months in solitary confinement, before being released without charge. He went to study in New York, obtaining a Fine Arts degree at the Columbia University, before going to work in Gaborone, Botswana and later London for the African National Congress in their Arts and Culture Department.
(Meer bij Wikipedia)

 

Boekgrrls

Laatste keer bijgewerkt: 08/05/06  Eisjen

Terug naar top pagina