Hanny Michaelis


Ik wilde een Kerstgedicht kiezen, maar alle kerstgedichten die ik ken of vond waren klef of hemels of te christelijk. Toen herinnerde ik me ineens dat gedicht van Hanny Michaelis en in mijn herinnering ging het ook over Kerst. Toen ik het vond in de bundel "Wegdraven naar een nieuw Utopia" wist ik ook waarom. Ik herinner me ook een verhaal waarin wilde dieren het hoofd bogen voor het kindje Jezus. Het kerkorgel aan het eind maakt mijn kromme herinnering een feit. Maar toch:

Toen je mij met lichte
vingertoppen behoedzaam
en toegewijd de braille las,
legden leeuwen en tijgers
hun kop op de poten
en sliepen in, slangen rolden
zich op en zelfs de schorpioen
trok zich terug. Verlost
haalde ik adem, ik voelde
je hart tegen het mijne kloppen
en in mijn binnenste werd het stil
als in de lege kerk vlak voor
het ogenblik waarop het orgel
zijn triomfantelijke stem verheft.

Uit "Wegdraven naar een nieuw utopia" - Van Oorschot 1971

Hanny Michaelis (Amsterdam, 19 december 1922) is een Nederlands dichteres, die in 1949 haar eerste bundel publiceerde. Volgens J.J. Voskuil is zij de grootste levende dichteres van Nederland. Sinds 1971 publiceert zij niet meer.
Michaelis was van 1948 tot 1959 getrouwd met Gerard Reve, die zij op het Vossius Gymnasium, waar beiden leerling waren, had leren kennen.

Ik kan het met Voskuil eens zijn als hij haar woordkeus 'karig, direct, helder, sober en onopgesmukt' noemt. En daar hou ik van. Met een aantal woorden een gevoel, sfeer oproepen. Het enige waar ik nog aan twijfel is of het echt braille is, wat zij lezen, of dat het figuurlijk gebruikt is.

Anne

 

 


Hanny Michaelis (1922) werd geboren in Amsterdam. In 1941 deed zij eindexamen op het Vossius Gymnasium, kort daarna moesten zij en haar ouders onderduiken. Ze deden dat op verschillende adressen en zagen elkaar niet meer terug. Haar ouders werden in 1943 opgepakt en via kamp Westerbork weggevoerd naar Sobibor, waar zij vrijwel zeker direct na aankomst werden vermoord. Kort na de bevrijding keerde Michaelis terug naar Amsterdam, waar zij sindsdien is blijven wonen.
(meer bij Uitgeverij Oorschot)

Michaelis’ gedichten vallen op door een geraffineerd gebruik van beeldspraak en onderkoelde wijze van formuleren. Ze bestaan vaak uit één heldere volzin die in een aantal versregels is verdeeld, waardoor schijnbaar gewone dingen in een nieuw licht komen te staan.

 

Woensdag Gedichtdag

Wat een gedicht. Geweldig. En twijfelen over braille dat doe _ik_  niet.

"Braille is een zogenaamd reliëfalfabet; de letters en andere
aanduidingen worden door middel van puntjes in het papier gedrukt, zodat er een kleine verhoging voelbaar is, die met de vingertoppen 'gelezen' kunnen worden."

Toen je mij met lichte
vingertoppen behoedzaam
en toegewijd de braille las

Er zijn een paar plekken op een vrouwenlichaam, kleine verhogingen voelbaar, die met de vingertoppen 'gelezen' kunnen worden.

Als die goed 'gelezen' worden dan kalmeert agressie (tijgers en
leeuwen vallen in slaap) dan is aanvallen volledig onmogelijk (de
slang rolt zich op en de schorpioen trekt zich terug). Eenmaal uit gelezen, haal je verlost adem en voel je het wilde bonken van de ander zijn hart. In je binnenste wordt het stil, je valt even
in slaap en, vooral als dit braille lezen in de ochtend plaats heeft gevonden, stap je met een soort van "Halleluja-gevoel" het bed weer uit en kun je de hele dag aan!!!!

Voor het eerst van mijn leven dat ik een goede vrijpartij zo 'karig, direct, helder, sober en onopgesmukt' heb zien beschreven.

Fantastisch en bedankt Anne.


Na het lezen van dit gedicht over de prachtige lichamelijke liefde, zei ik
spontaan 'amen'.


Ik keek nog even op het net en vond bij Van Oorschot:
'Michaelis´ gedichten vallen op door een geraffineerd gebruik van beeldspraak en onderkoelde wijze van formuleren. Ze bestaan vaak uit één heldere volzin die in een aantal versregels is verdeeld, waardoor  schijnbaar gewone dingen in een nieuw licht komen te staan.'

Alsof ze het specifiek over dit gedicht hebben.
"geraffineerd gebruik van beeldspraak en onderkoelde wijze van
formuleren". Dat is het dus helemaal. Dit gedicht bestaat uit 2 zinnen en het is voor mij in ieder geval zeker dat een schijnbaar 'gewoon ding' (wanneer is een goede vrijpartij dat eigenlijk?) in een nieuw licht is komen te staan.

Wat ik mij nu realiseer is dat het voor iemand geboren in 1922 een heel bijzondere open kijk en vrije manier van denken over zoiets precairs is. Mijn moeder is twee jaar jonger. Zij heeft mijn manier van praten over dit onderwerp ondertussen zeker geaccepteerd, maar kan zich er nog steeds (lachend) over verbazen.

Dat Michaelis naar het gymnasium ging voor de tweede wereld oorlog zegt natuurlijk als iets over haar achtergrond. Ook op de site van Van Oorschot staat hoe haar ouders op haar eerste gedicht (op driejarige leeftijd) reageerden. En dat vind ik ook getuigen van een stimulerende omgeving:

`Op driejarige leeftijd presenteerde ik me voor het eerst als
dichteres. Op een avond stak ik onder het eten onuitgenodigd een verward relaas af over iets dat ik die dag had gezien en van eminent belang achtte. Hier en daar waren zwakke tekenen in de richting van rijm en metrum te bespeuren. Het epos eindigde met de triomfantelijk uitgesproken woorden: En achter de deur / stond een heel grote chauffeur. Mijn ouders luisterden vol aandacht zonder me op te hemelen of uit te lachen, en probeerden me vervolgens een toelichting te ontlokken om achter het waarheidsgehalte van mijn verslag te komen.´

geinig. ja, een voltreffer dit woensdaggedicht.

na het nietsigheidje van anna ;hoe kan het ook anders ;-) en het voor mij mankgaande 'niet gebeurd' van judith (gedicht heel kundig uiteraard, maar het beeld storend. leed vergelijken heikele zaak. gelukkig maar dat het oorlogsleed wordt verpakt als droom) is dit kracht in eenvoud. het beeld zingt!

En ik maar denken dat het om de geboorte van een baby ging. Misschien vanwege het kerstverhaal van te voren. Bij het braillestuk dacht ik in eerste instantie ook aan sex, maar vanwege die harten tegen elkaar, het verlost en het binnenste dat stil werd en een lege kerk. De leeuwen en tijgers en schorpioen had ik als barenspijn verklaart. De nog blinde baby die wat rondtast bij de tepels en het orgel de
eerste schreeuw.

Maar goed , het kan natuurlijk ook een orgasme zijn. Had ze eigenlijk kinderen?

Voor een eerste schreeuw duurt het wat lang, behoedzaam en toegewijd vraagt tijd, dat wordt ademnood, maar toch vond ik de baby van Hanneke een vondst. Nu het zowel gelezen is als vrijen en als eerste moment na de geboorte kan ik het lezen als een gedicht zonder toegespitste duiding. Als een moment van intense vrede bij een echt contact. Daarna vlamt het leven dan weer op als
hevig de moeite waard. Weer mooie overlopen van de ene regel in de andere.

> Had ze eigenlijk kinderen?

Ik antwoord in de vorm van een van Hanny's
eigen gedichten:

Het kind

Sedert de droomspin mij omspon
met duizend parelende webben,
zie ik hem spelen in de zon,-
het kind dat wij nooit zullen hebben.

Zijn ogen die het zonlicht vangen,
zijn klaar en helder als kristal
en onvertroebeld door verlangen:
ogen van voor de zondeval.

Hij glimlacht schuldeloos en wijs.
Zijn vogelstem streelt licht mijn oren.
Zijn wereld is het paradijs,
want hij is rein en ongeboren.

Ik mag mijn armen niet uitstrekken,
hem smekend met ons mee te gaan.
Waarom ook zouden wij hem wekken
tot een ontluisterd, aards bestaan?

Nimmer zal hij behoren bij
de uitgebloeiden, de verdorden
en nimmer lijden zoals wij
die nooit zijn ouders zullen worden.

Eigenlijk vind ik vrijen niet precies uitdrukken wat het gedicht volgens mij zegt. Het heel voorzichtig verkennen van het geliefde lichaam, 'behoedzaam en toegewijd'. De narigheden en angsten die daardoor niet verdwijnen, maar even niet aanwezig lijken, ze slapen, trekken zich terug, de ik is van ze verlost. Daarna volgt pas de opgevoerde spanning, ' ik voel je hart tegen het mijne kloppen', en de ontlading als triomfantelijk kerkorgel. Het heeft iets plechtigs ook, op deze manier de liefde bedrijven, niet alleen een overdonderend spektakel, maar een overweldigend gevoel.

Hanny zegt het zo simpel, dat ik het eigenlijk helemaal niet uit elkaar wil rafelen. Het 'amen' wat ik voelde was genoeg.

Je verwoordt precies wat ik voelde bij dit gedicht.




> Wat ik mij nu realiseer is dat het voor iemand geboren in 1922 een > heel bijzondere open kijk en vrije manier van denken over zoiets > precairs is. Mijn moeder is twee jaar jonger. Zij heeft mijn manier van > praten over dit onderwerp ondertussen zeker geaccepteerd, maar kan zich > er nog steeds (lachend) over verbazen.

Misschien daarom dat ze haar genot vergeleek met kerkorgels en braille :-)

Nog meer over het leven van Hanny Michaelis vind je hier:

 
Boekgrrls   Terug naar top pagina