Pagan Kennedy: De zwarte Livingstone

   

 

 

 

Pagan Kennedy: De zwarte Livingstone


William Sheppard: Congo's African-American LivingstonePagan Kennedy leerde William Henry Sheppard kennen door het boek Ota Benga: The Pygmy in the Zoo door Harvey Blume en Phillips Verner Bradford. In het verhaal was hij niet belangrijk, maar voor Pagan werd de man, die zijdelings in dit boek werd genoemd als de eerste westerling die het ooit gelukt was om het verborgen koninkrijk van de Kuba in de Congo te vinden en vervolgens te worden onthaald als een gereïncarneerde koning, een soort obsessie. Het ging niet alleen om een westerling, maar om een zwarte Amerikaan die thuis heftig werd gediscrimineerd onder de Jim Crow wetten, maar eenmaal in Afrika wist hij niet alleen diep door te dringen in Belgisch Congo, een gebied dat koning Leopold als zijn privé eigendom beschouwde en waar mensenrechten met de voeten werden getreden om meer rijkdom naar de koning's zakken te laten vloeien, hij kreeg ook internationale bekendheid als getuige tegen de wreedheden van het Belgische regime, om vervolgens weer in de vegetelheid te raken.

Zij ging dus op zoek en ik las haar spannende verslag, dat leest als een goed geschreven roman, met stijgende verwondering, bewondering en verdriet. Verwondering over wat Sheppard allemaal heeft gedaan, waarvan ik nog nooit had gehoord, terwijl ik toch zelf 16 jaar in diverse Afrikaanse landen heb gewoond en heel wat gelezen heb over ontdekkingsreizigers en de geschiedenis van dit continent. Bewondering niet alleen omdat de man het deed onder de meest miserabele fysieke omstandigheden ter plekke, maar ook nog eens met een discriminerende achterban. De  presbyteriaanse missie die hem uitgezonden had vond dat hij de leiding niet mocht hebben omdat hij zwart was, terwijl de blanken die ze er op afstuurden of de omstandigheden niet overleefden, of faalden en niet inzagen dat de lokale bevolking een cultuur had die geen enkele behoefte had aan "bekering tot het enige ware geloof". Verdriet om weer eens te lezen over Afrikaanse culturen die uitgeroeid zijn vanwege westerse hebzucht naar hun rijkdommen.

"Sheppard was een zwarte Livingstone, maar anders dan Livingstone benaderde hij de Congolese cultuur als gelijkwaardig aan de zijne."

"Voor Europeanen was het een plek van ivoor en goud, een plek om te plunderen. De amerikanen, wier koloniale ambities ergens anders lagen, stelden vast dat Afrika een ideaal getto zou zijn. Blanke zuidelingen, die erop gebrand waren van hun voormalige slaven af te komen, financierden al lange tijd de emigratie van zwarten naar Afrika, en dan voornamelijk naar Liberia. Senator John Tyler Morgan beweerde bijvoorbeeld dat zwarten voor hun eigen bestwil naar hun 'vaderland' verscheept moesten worden, want anders 'moeten wij en zij (...) hun feitellijke uitroeiing onder ogen zien'. Morgan geloofde dat Amerikaanse zwarten hetzij gedood, hetzij verscheept zouden worden.

In februari 1890 vertrekt Sheppard met de blanke Sam Lapsley, een missionaris van 24. De Presbyteriaanse kerk had zich verzet tegen het aannemen van een zwarte missionaris met het argument dat:

"een zwarte missionaris moreel gezien ongeschikt was om tussen 'wilden' te leven en te traag waren bij het leren van nieuwe talen. Zelfs degenen die positief tegenover Sheppards reis stonden, verwachtten niet veel van hem: kerkleiders gingen ervan uit dat Lapsley de Amerikaanse presbyteriaanse missie in Congo zou gaan leiden en dat hij degenen zou zijn die mogelijk internationale faam zou verwerven. Ze hadden het mis".

De beide missionarissen kunnen het goed met elkaar vinden. Vooral doordat Lapsley ontdekt dat Sheppard zich veel beter weet te handhaven dan hij en hij hem daarvoor hoe langer hoe meer bewondert. Lapsley schrijft aan zijn moeder:

"Sheppard is een uitermate handige kerel en is nu ook een echte rivierman (...) Zijn humeur is opgewekt en gelijkmatig - werkelijk een man met uitzonderlijk aangenaam gedrag en sterke karaktertrekken."

Ze kijken allebei heel erg verschillend tegen hun taak aan:

"Lapsey verlangde ernaar te voorkomen dat de Afrikanen in de branden hel van het ongeloof terecht zou komen; Sheppard zag ze liever goed gekleed, goed gevoed en opgewekt. Dus in plaats van bijbels uit te delen ging hij voor hen op jacht."


Belgisch Kongo was van 18 oktober 1908 tot 30 juni 1960 een kolonie van België in het gebied van het huidige Congo-Kinshasa. (meer)

Koning Leopold II was vooral bekend vanwege zijn 'privé'-kolonie Kongo-Vrijstaat, dat hij tot zijn privé-eigendom maakte in 1884. De 20 jaar onder het schrikbewind van Leopold II worden gekenmerkt door slavernij, ontvoeringen, martelen, verkrachtingen, onthoofdingen, afhakken van handen. De schattingen over het aantal slachtoffers variëren aanzienlijk. De Encyclopedia Britannica spreekt van een totale bevolkingsafname van 20 of 30 miljoen naar 8 miljoen. (meer)

Met de Jim Crow-wetten wordt verwezen naar het geheel van wetten in de Verenigde Staten van Amerika die rassenscheiding legaliseerden na 1890, met name in de zuidelijke staten. Deze wetgeving was er vooral op gericht Afro-Amerikanen gescheiden te houden van de blanke burgers, bijvoorbeeld door middel van aparte restaurants, parken en openbaar vervoer.  (meer)



Lapsley en Sheppard hebben ook de poolse schrijver Joseph Conrad op zijn zes maanden durende reis door Afrika ontmoet. Deze reis verwerkte hij tot één van de beste boeken uit de westerse literatuur over Afrika waarin hij ook het kolonialisme aan de kaak stelt Hart der duisternis.


Kaarten van:


Leopoldville = Kinshasa
Stanleypool = Pool Malebo
Kasai rivier
Kwango rivier
Kwilu rivier
(Links laden langzaam want maken gebruiken van het msn-encarta kaart systeem, wat heel gedetailleerd is maar langzaam oplaadt)

Kinshasa hoofdstad van de Democratische Republiek Congo

Schets van de geschiedenis van Congo

 

Tijdens hun zoektocht naar een juiste missieplaats zien ze af en toe Kuba steden langs de rivier waar :

"de prachtige inwoners fluwelen kleding droegen met pompons en met elegante handtassen liepen."

Uiteindelijk settelen ze zich in de buurt van Bena Kasenga, een dorpje vlakbij Luebo, het centrum van de Vrijstaat in de Noord-Kasai.

"Hoewel Sheppard en Lapsley nog niet onmiddellijk het verschil konden zien tussen de verschillende volken van de Kasai, kwamen ze erachter dat ze zich bij de Kete hadden gevestigd. In de hierarchie van de Afrikaanse politiek zweefden de Kete ergens in het midden. Anders dan de werkelijk ongelukkigen (de Luba) werden ze niet vaak geronseld als slaven. In plaats daarvan scharrelden de Kete met moeite hun kostje bijeen met een eenvoudig bestaan als boeren en jagers, en betoonden respect aan het rijke Kuba-volk, dat heerste over de regio."

The Kuba Kingdom
Political stability and the efficient use of natural resources produced wealth that facilitated remarkable artistic invention. Status-conscious Kuba titleholders commissioned local artisans to produce elegant items for display. Objects such as embroidered textiles, fiber and beaded hats, and wooden cups and containers became increasingly ornate and fanciful. The Kuba kings were at the center of this artistic innovation. Each designed elaborate costumes of sumptuous materials and prestigious natural objects, such as leopard skins and eagle feathers, which were worn as part of court ceremony and buried with the ruler upon his death.  (more)

 

 

 

 

 

 

Slavernij

Sheppard geniet van de uitbundige cultuur van de Kete, maar Lapsley is volkomen geschokt door o.a. hun wellustige dansen die op hem als 'waanzinnig obsceen' overkomen. Beiden stuiten echter op het feit dat de Kete volledig ongeïntereseerd zijn in theologische zaken. Dus kijken ze uit naar een volk dat wel de christelijke boodschap 'waard' was en dat wordt de Kuba.

Lapsey noteert over hen "Erg trots, laten zich niet beledigen. Het meest artistieke ras dat ik ken. Zelfs (hun) meest gewone gebruiksvoorwerpen hebben een aantrekkelijke vorm." Hij beschouwde hen als patriarchen onder de andere stammen. Sheppard vondt het alleen maar prachtig dat hij "maanden of jaren mocht proberen hun verborgen koninkrijk te ondtdekken."

Als Lapsley overlijdt na weer een malaria aanval trekt Sheppard verder de Congo in en ontdekt op uiterst slimme en diplomatieke wijze, zichzelf blootstellend aan enorme gevaren, de verborgen hoofdstad van het koninkrijk Kuba. Wanneer Sheppard meent dat ze hem om het leven zullen brengen omdat hij de hoodstad heeft weten binnen te komen, realiseert de koning zich dat hij beter gebruik van hem kan maken om zijn volk nog meer angst en ontzag in te boezemen en neemt hem op in de koninklijke familie, als een "gereincarneerde koning".

Na een aantal maanden laat de koning hem weer gaan (voor een jaar....), nadat hij hem ook drieënhalve hectare grond in de stad had geschonken voor een missiepost.

"Hij nam zoveel kunstvoorwerpen mee uit de stad dat zijn mannen een lange rij vormden, als dragers die een van de oude paden van Stanley gebruikten. De Belgen hadden jarenlang geprobeerd dit koninkrijk binnen te komen en te plunderen, om er ivoor, rubber en goud weg te halen. Sheppard nam in plaats daarvan kunst mee, en die zou later een van de belangrijkste Kuba-collecties ter wereld vormen."

Sheppard gaat terug naar de VS, naar de vrouw met wie hij al 8 jaar verloofd is, Lucy Grant een ondewijzeres die zichzelf en haar moeder nauwelijks in leven weet te houden met haar kleine klasje van zwarte leerlingen. Zij heeft in Sheppard de man gezien die haar uit haar misere zou halen. En als ze dan plotseling een brief krijgt dat hij er aan komt om haar te trouwen, dan is hij ook een van de meest vooraanstaande zwarte mannen van de Verenigde Staten, die op zijn terugreis ook door koningin Victoria werd ontvangen. Lucy wordt één van de weinige missionaris- vrouwen die haar verblijf in Afrika overleeft, verschillende kinderen verliest, maar met twee kinderen terugkeert. Het hoofdstuk over haar leven in Afrika bezorgde mij de rillingen. Ik ben werkelijk vol bewondering over de manier waarop deze vrouw heeft weten te overleven. Ik heb mijn eerste kind in Afrika gekregen en zou dat niet overleefd hebben als er niet een Engels Zendingshospitaal met een goede chirug was geweest. Zij bevalt verschillende malen in haar eentje, weet te leven en overleven onder omstandigheden die Pagan Kennedy zeer illustratief weet te omschrijven en waarin ik mijzelf voor geen moment kan en wil voorstellen.....

In het Smithsonian Global Sound archief kun je een track horen van een groep van 5 Kete mannen die 3 xylophones bespelen terwijl er 1 persoon zingt. (Klik op play sample en dan op de playknop)


Een afbeelding uit de postercollectie van AllPosters.com, die Livingstone laat zien terwijl hij de 'zwarten voorleest uit de bijbel'.

 

William Morrison komt in het voorjaar van 1897 in Luebo aan als vervanger van Lapsley. Een man die zijn ogen niet sloot voor de gruweldaden van de Belgen en de Koning aan de kaak wil stellen. Als hij hoort dat de kanibalen stam Zappo-Zap gebruikt wordt door de Belgen om strafexpedities uit te voeren naar dorpen die weigeren te werken voor de Belgische maatschappijen, of weigeren rubber te tappen en dat als belasting in te leveren, stuurt hij Sheppard erop uit om bewijsmateriaal te leveren. Door Sheppard's enorme kennis van de taal, zijn diplomatieke vermogen om zich aan elke omstandigheid op te passen (zoals een zwarte uit het Jim Crow-Amerika behoort) weet hij met de eerste handbare camera's foto's te maken en maakt hij een letterlijk verslag van de verschrikkelijke slachtpartijen die hij aantreft.

Met dit materiaal weet Morrison tesamen met de Londenaar E.D. Morel de eerste media campagne tegen de Koning en de Belgische Maatschappijen op te zetten. Wat er uiteindelijk toe leidt dat Morrison en Sheppard terecht moeten staan aan het corrupte hof van Leopoldville voor smaad. Als echter de Amerikanen een delegatie sturen om de rechtzaak bij te wonen en De Socialist der Belgen Emile vanderVelde hen komt verdedigen, wordt er 'normaal' recht gesproken. In zoverre dat Morrison's geval niet wordt behandeld vanwege een vormfout, Sheppard wordt vrijgesproken en de Compagnie du Kasai (ondertussen door de Leopold verkocht aan de Belgische overheid) moet de kosten van der rechtzaak betalen. Na afloop van de rechtzaak mogen concurrerende Belgische rubbermaatschappijen ook werken in Congo en verbeterden de condities voor Congolezen iets toen de verschillende ondernemingen arbeiders gingen werven.


Minister van Buitenlandse zaken Louis Michel is niet te spreken over de Britse documentaire Blanke koning, rood rubber, zwarte dood, die Canvas vorige week woensdag in de reeks Histories uitzond.
Parti du Travail Belgique

E.D. Morel
He discovered that European merchants were forcing Africans to perform unpaid labour. A series of articles entitled The Congo Scandal appeared in The Speaker journal in 1900. As his own company, Elder Dempster, was involved in this trade, Morel was forced to resign. (more)

Emile VanderVelde

 

Morrison was helemaal op de achtergrond geraakt, niet in het internationale nieuws afgeschilderd als de held van de Congolezen zoals Sheppard en neemt wraak. Hij weet dat Sheppard in de jaren dat hij alleen in Afrika was en gedurende de periodes dat Lucy afwezig was in het geheim relaties had met verschillende Afrikaanse vrouwen en bij een van hen een zoon had verwekt. Dit speelt hij door aan de Presbyteriaanse kerk, Sheppard wordt op het matje geroepen en teruggestuurd naar de VS. Hij krijgt een proetijd ogelegd en mocht in die tijd niet het domineesambt bekleden. Lucy en hij weten met moeite te overleven in de sloppenwijken van Stauntan, Virginia, en daarna in Louisville, Kentucky.

In de jaren ernaar gaat hij weer lezingen geven over Afrika, wat hij vroeger deed tijdens de enkele verlofperiodes die hij had om fondsen te werven. Hij is daar weer heel succesvol in en in 1912 wordt hij door John Little, een blanke man die leiding gaf aan de 'gekleurde missies'  in Louisville, aangesteld als geestelijk leider van Grace Church in Louisville, waarbij hij hoopte dat Sheppard's 'bekendheid nieuwe leden zou aantrekken voor de noodlijdende parochie'. Binnen een jaar was gemeente met 50 procent toegenomen. Sheppard en Lucy doen in feite het zelfde werk als in Afrika. De extreme armoede van hun parochianen hield in dat zij zich gingen bezighouden met socialen veranderingen. Het redden van zielen was voor hen nog steeds zorgen voor een goede woon- en leefomstandigheid.

Als Sheppard aan het schrijven van zijn memoires toekomt stopt hij met zijn verhaal bij zijn zevenentwintigste levensjaar. Het jaar waarin hij de weg naar de verboden stad had ontdekt en met zijn bewijzen van de genialiteit van Afrika, de kunstschatten van de Kuba, terugkeerde. Het lijkt alsof de rest daarna er niet meer toe doet. 

"Het is niet moeilijk te begrijpen waarom hij zijn meer radicale activiteiten zo onbelangrijk maakte. Als zwarte man die een van de meest winstgevende ondernemingen ter wereld had aangepakt - en verslagen - was zijn bestaan in het Jim Crow-Zuiden niets minder dan ketterij. In het Amerika tussen 1910 en 1930 bereikte de Ku Klux Clan het hoogte punt van zijn populariteit met ongeveer 4 miljoen leden, en leefden zwarte mensen - beroemde zwarte mensen die het blanke establishment gemakkelijk de loef afstaken niet uigezonderd - in angst voor hun leven.

 

 

Louisville Kentucky

Op de lijst van de Famous Louisvillians komt Sheppard niet voor.
Wel op de lijst van Noted Louisvillians.
In 1912 Sheppard came to Louisville to become pastor of Grace Presbyterian Church, located in the Smoketown neighborhood (see Our Neighborhoods). He remained the pastor until his death on November 25, 1927. He is buried in Louisville Cemetery.
Smoketown is one of the worst neighborhoods in Louisville: it has high crime rates, inadequate housing, high unemployment just to mention a few of its problems. According to the 1990 census, approximately 76% of Smoketown's residents are black and approximately 75% live in the Sheppard Square Housing Project with 423 units.

 


Oorspr. titel: Black Livingstone
Uitvoering: paperback, 248 pagina's
ISBN: 9045011158
Vertaling: Janet van der Lee
Uitgegeven in: 2006
Uitgeverij: Atlas

Een absolute aanrader dit boek. Spannend, informatief en heel goed om nogmaals gewezen te worden op de geweldige culturen die er in Afrika bestonden voordat de kolonialisten hun slag sloegen en hele stammen uitmoorden.




Eisjen
 

 

Laatste keer bijgewerkt: 21/05/06  Eisjen

Terug naar top pagina