Hein Walter: Geschiedenis


Geschiedenis

Meneer X, inwoner van Den Burg,
geboren en getogen op Texel,
heeft tot op de dag
van z'n 70ste verjaardag, de dag
waarop hij van z'n nageslacht
een midweek cadeau kreeg
in Den Helder, nooit één voet
gezet op het vasteland.

Meneer X bezit uit geloofsovertuiging
geen teevee of radio - de reis
van Armstrong naar de maan
is een verzinsel en Kennedy
werd niet vermoord.

Wie zal nog van hem weten
als de zee de wadden overspoeld heeft
met gesmolten poolijs?
In de eerstkomende edities van de Bosatlas
zal nog wel in stippellijnen staan getekend
wat eens droog was, zoals de vorm
van Schokland in de Noordoostpolder
nu nog zichtbaar is in groen.

Maar wat geen toekomst heeft,
heeft op het eind ook geen verleden:
eens zullen de wadden zijn vergeten.
Dan bestaat Texel niet meer
en is Den Burg
in geen enkel document te vinden.
Meneer X zal een verzinsel zijn.

Hein Walter

in 'De Wadden in gedichten', Uitgeverij 521, Amsterdam 2004

Vermoedelijk gedreven door een op dit moment niet uitvoerbaar verlangen om de boel de boel te laten en op reis te gaan, pakte ik toen ik mijn bijdrage aan Woensdag Gedichtdag ging voorbereiden mijn bundel Waddengedichten uit de kast. Dit gedicht van Hein Walter gaat niet over Texel als unieke plek; hij gebruikt het gegeven van de beperkte ruimte van een eiland om een gedachte te ontwikkelen. Van zijn vorm moet dit gedicht het niet hebben; in parlandostijl zet de dichter sec uiteen wat hij wil zeggen (alleen in de eerste drie regels van de laatste strofe zit iets meer metrum en klankwerking). Maar hij hanteert deze stijl met een zeker raffinement en met humor (de midweek in Den Helder). In de eerste strofe maken we kennis met meneer X die zijn leven lang voldoende heeft gehad aan de begrensde wereld van zijn eiland. In de tweede strofe blijkt dat hij willens en wetens die wereld zo klein mogelijk heeft gehouden door hem ten dienste staande communicatiemiddelen niet te gebruiken. In de derde strofe keert de dichter de zaken om. Waar meneer X welbewust maar heel weinig van de buitenwereld tot zich door laat dringen, zo zal op een gegeven ogenblik de kleine wereld die hij de zijne noemt niet meer bestaan. Meneer X zal vergeten zijn, van zijn eiland blijft alleen nog een vage aanduiding op een landkaart over. Mooie vergelijking daar met de aanduiding van Schokland op de kaart, waar iets tegenovergestelds is gebeurd. Maar ook die aanduiding zal niet beklijven, want 'wat geen toekomst heeft, heeft op het eind ook geen verleden' (de kernregels van dit gedicht). Eindigheid betekent niet alleen dat dingen eens zullen ophouden te bestaan, het betekent ook dat er op een gegeven moment niemand meer zal weten dat ze hebben bestaan, waardoor het zal zijn of dat ook nooit zo is geweest. Zoals meneer X de buitenwereld buiten beeld houdt, een deel van de werkelijkheid ontkent, zo zal ook hij eens buiten beeld vallen en niet eens een deel van de geschiedenis zijn, nee, hij zal er volledig uit zijn verdwenen. 'Net als alles en iedereen, dus ook ik, al houd ik me nog zo nadrukkelijk met de buitenwereld bezig', denkt de lezer bij zichzelf en dat is ongetwijfeld de bedoeling van de dichter. Zo krijgt het gedicht indirect het karakter van een Memento mori, woorden die de gelovige meneer X vast en zeker niet onbekend zullen zijn. Het raffinement van het gedicht is ook terug te vinden in de titel: 'geschiedenis' is zowel 'verhaal', het verhaal van meneer X, als het totaal van het herinnerde of gereconstrueerde verleden.

Hein Walter (1962) is beeldend kunstenaar, dichter en recensent. In Meander publiceerde hij een paar jaar geleden een aantal gedichten bij kindertekeningen. Die zijn, met nog veel meer, terug te vinden op zijn website,

 
Edith
 

Ik las dit gedicht gisteravond al in bed en ik vond het juist zo'n leuk gedicht. Erg knap dat het niet erg geconstrueerd lijkt maar dat wel is met die omkering erin van de binnenwereld en de buitenwereld, en dat de lezer en meneer X en de buitenwereld allemaal verzinsels kunnen worden. Mooi besproken ook Edith!

Het lijkt me inderdaad de vraag of het hier de Wadden zijn of zomaar iets eilanderigs. De Wadden hebben van zichzelf natuurlijk wel iets vergankelijks omdat ze steeds verplaatsen en er dus steeds stukjes afgaan. En zo'n Schokland dat ingepolderd wordt en er ook niet meer is: Ik denk dat eilanden wel iets vergankelijker zijn dan bijv. Amsterdam. Maar of het hier om het echte Den Burg gaat of om een vooroordeel over Texel? Over vooroordelen gesproken: vanuit in mijn geval Utrecht gezien is het verschil tussen Den Helder en Den Burg ook helemaal niet zo groot: allebei veel te ver weg en totaal afgesloten van de wereld. ;-)

Geinig dat een gedicht dat geschiedenis heet al deze aardrijkskundige overwegingen doet ontstaan!

Iedere keer denk ik weer dat ik niet zo geinteresseerd ben in de gedichten, maar dan vind ik het toch steeds weer heel leuk, vooral ook door jullie uitleg erbij. Bedankt!

Ik vond het een leuk en inderdaad tot nadenken over de vergankelijkheid stemmend gedicht, luchtig van toon over een zwaar onderwerp.

Overigens vond ik het ook leuk dat Meneer X op den duur uit-ge-exed zal zijn (een X, een kruis, erovergeen, gewist, Ex- etc.). Ook zit er natuurlijk een soort X structuur in het gedicht: eerst vanuit meneer X gezien, dan vanuit 'de wereld/de vergankelijkheid' gezien. Het is niet echt een oxymoron, maar het doet mij er wel aan denken, die naast elkaar (misschien toch eigenlijk tegenover elkaar, hmmm) gestelde tegenstellingen, of tegenstrevers.

Wat leuk, dat je Hein Walter hebt uitgezocht als woensdaggedicht, dat 'was' onze voorzitter ( Ver. Aldichter) jarenlang, en nog doen we projecten altijd met Hein erbij, en zo leuk dat jij hem zo 'analiseert' ik ga jouw mail naar hem toesturen en erbij vertellen dat hij 'tussen de boekgrrls' terecht is gekomen.-)

Een eiland in meer overdrachtelijke zin denk ik zelfs: een plek die zich bewust (biblebelt) en onbewust (Amsterdam) afzondert of fysiek min of meer afgezonderd is van zijn omgeving (een eiland). En over Amsterdam gesproken: dat lijkt nu misschien een stuk minder vergankelijk dan een (wadden)eiland, maar of de stad over pak 'm beet 5000 jaar nog zal bestaan? En zo niet, of men er zich dan nog van bewust is dat de stad er ooit bestaan heeft? Binnen de stad is er toch ook telkens weer de verassing van de ontdekkingen bij bodemhistorisch onderzoek in bouwputten. Kwestie van tijdshorizon zeg maar...

De gedachte dat je vergeten wordt wanneer je 'bestaan' ontkent van wat is, is aardig. maar verhalen kun je vergeten, geschiedenis is juist het onvergeten verleden. Het beeld van het overspoelen van de wadden vind ik niet helemaal passend. Opgegroeid in de wereld van cartografen weet ik dat juist kaarten verloren grond blijven herdenken. Een gerucht dat er ooit wadden geweest zijn, zal dromers en jagers naar verleden aanzetten om het verzonken land te zoeken. Wadlantis! en meneer X? die zullen ze niet hervinden. Is hij meer verloren/verzinsel, geschiedenis, met het overspoelen van de wadden? Is zonder geschiedenis het graf ingaan niet genoeg om in de vergetelheid te geraken? Hier ligt meneer niX.

Tja, als geïmporteerde waddengrrl (Vlieland) moet ik natuurlijk reageren :-), al gaat het gedicht natuurlijk meer over vergankelijkheid dan over Texel of de wadden. Mijn eerste reactie is: hoe kan meneer X zo wereldvreemd zijn als hij in Den Burg woont, wat verspoeld wordt met duizenden toeristen? Maar dat is natuurlijk mijn sceptische (of gewoon praktische) kant. Meneer X woont zeker ergens buiten het dorp ;-)

Ik ben één keer in Den Burg geweest en vergeleken met Oost-Vlieland (er is overigens maar één dorp hier) is het er tamelijk werelds hoor, maar zelfs hier in dit durpke waar ik zit kan ik me zo'n wereldvreemd type niet voorstellen (en veel streng gelovigen zijn hier ook niet trouwens, wel genoeg andere 'rare types', maar da's een ander verhaal).

Ik vraag me af of meneer X meer vergankelijk is of dat de Wadden meer vergankelijk zijn dan andere mensen/plaatsen? Vroeg of laat lost toch volgens mij elke herinnering op in het niets om plaats te maken voor iets nieuws, dat is het leven eigen lijkt mij. Misschien heeft meneer X het in zijn 'begrensde wereld' zelfs wel bij het goede eind, misschien is hij eerder vergeten, maar heeft hij wel meer 'in' zijn eigen leven gezeten dan de meeste mensen die zo bezig zijn met het bereiken van dingen en zichzelf proberen te veranderen of zij die altijd maar van alles op de hoogte willen blijven. Als buitenstaander lijkt het iets triests te hebben dat meneer X zo makkelijk in de vergetelheid zal raken, maar meneer X kan volgens mij zeer tevreden op zijn leven terugzien. Ergens benijd ik hem wel een beetje...

Ik vraag me ook af hoe meneer X Den Helder vond na 70 jaar eilandleven. Overigens, in de ogen van de kleinere eilanden is Texel geen 'echt' eiland, daar is het te groot voor, ja ja. Ik denk dat het verschil tussen Den Helder en Texel wel eens mee zou kunnen vallen. Er lijkt soms een beeld te bestaan van totale afgeslotenheid op zo'n eiland, maar ik denk dat die tijd met de opkomst van het toerisme en de moderne techniek allang voorbij is. Dergelijke vooroordelen gaan denk ik alleen nog maar op als je op Griend gaat zitten of zo, maar ja, daar mag je weer niet komen ;-)

Aan de andere kant: ik ben bijvoorbeeld tot afgelopen weekend een maand niet aan de wal geweest. Dat is heel normaal, maar als ik denk aan mijn vorige woonplaats in Twente, dan zou het ondenkbaar zijn dat ik een maand lang het dorp niet uit zou gaan, dus het is ook weer niet helemaal hetzelfde als op de wal wonen. En weer aan een andere kant: ik sprak eeuwen terug met een Amsterdamse die ook nooit de stad uitkwam, dus tja...wat is het verschil? Haar eiland is drukker en voller, maar wie denkt dat Amsterdam de wereld is, is net zo beperkt als de Texelse meneer X.



Index Woensdag Gedichtdag


 

Boekgrrls

Laatste keer bijgewerkt: 28/01/06  Eisjen

Terug naar top pagina