Zbigniew Herbert - Meneer Cogito


BESPIEGELINGEN OVER VADER

Zijn gezicht dreigend in de wolk boven het water van de
kinderjaren
(hij hield mijn warme hoofd zo zelden in zijn handen)
gegeven om geloofd te worden schulden niet vergevend
hij immers rooide bossen en effende paden
hoog droeg hij de lantaarn toen we de nacht in gingen

ik dacht dat ik aan zijn rechterhand plaatsnemen zou
en dat we samen licht en donker zouden scheiden
en oordelen over onze levenden
- het mocht niet zo zijn

een handelaar in oude spullen nam zijn troon mee op zijn kar
en het uittreksel uit het hypotheekregister de kaart van onze
bezittingen

hij werd een tweede keer geboren klein en heel broos
de huid doorschijnend bijna zonder kraakbeen
hij had zijn lichaam verkleind zodat ik het op kon nemen

op een onbelangrijke plaats is een schaduw onder een steen

hij zelf groeit in mij we eten onze nederlagen
barsten uit in lachen
wanneer ze zeggen hoe weinig is er nodig
om je te verzoenen met elkaar

 



MOEDER

Hij viel van haar knieën als een bolletje wol. Werd
haastig afgewonden en vluchtte blindelings. Zij hield
het begin van zijn leven vast. Ze wond het om haar
vinger als een ring, ze wilde het beschermen. Hij rolde
steile hellingen af, nu en dan klom hij omhoog. Kwam
verward nader en zweeg. Nooit zou hij terugkeren op
de zoete troon van haar knieën.

Uitgestrekte armen lichtend in het donker als een oude
stad.


uit: Meneer Cogito
vertaling van Gerard Rasch
De Bezige Bij
Amsterdam 2005

Heel apart onder woorden gebracht hoe verschillend de ik zich verhoudt tot
zijn ouders. Religieus geïnspireerde beelden, de vader als God, de moeder
wier schoot een troon was. In de vader moet geloofd worden, maar schulden
vergeeft hij niet.

In het eerste gedicht is er een 'ik' die over zijn vader schrijft,
over de moeder schrijft de dichter niet als een 'ik', maar als 'hij'.
De vader was god en hij de zoon van god, maar de vader blijft niet wie hij
was, hij valt van zijn voetstuk. Na de dood van de vader neemt de ik de
vader in zich op terwijl hij (een noodzakelijke?) afstand bewaart tot zijn
moeder.
De moeder blijft wie ze was, haar armen blijven naar hem uitgestrekt, maar
de zoon groeit van haar weg.
Zo lees ik het gedicht tenminste.

Of zou het niet over ouders gaan, maar letterlijk over zijn verhouding met
God en de moeder Gods?
Edith zou misschien zeggen dat het een het ander niet uitsluit. Hoe meer
betekenislagen in een gedicht, hoe beter.

Deze gedichten vind ik een prachtig voorbeeld van het verschijnsel dat een
goed gedicht persoonlijk kan lijken maar tegelijk een universele ervaring
onder woorden brengt. Hier lees ik (maar mijn visie voor die van jullie)
dat mensen geen meester zijn over hun relaties. De moeder heeft
onvoorwaardelijk lief maar de zoon moet zijn manzijn los van haar
ontwikkelen en beleven terwijl de vader gigantisch tekort schiet en de zoon
zich toch met hem identificeert, ook ná het 'verraad'.

Herbert heeft boven bijna alle gedichten in deze bundel een titel gezet
waarin Meneer Cogito voorkomt. Hier niet en ook niet boven het gedicht over
zijn zuster. (Meneer Cogito- Meneer Ik denk). Waarom niet, dat zou ik niet
weten.
Misschien omdat de relatie met ouders en zus eerder een gevoelskwestie is.

Altijd jammer bij een vertaald gedicht dat je niet weet welke klanken er
gebruikt zijn in de oorspronkelijke taal. Gerard Rasch (1946 - 2004) was wel
een meesterlijk vertaler van poëzie en proza uit het Pools, Deens en
Russisch. In 1997 kreeg hij de Martinus Nijhoffprijs voor zijn vertalingen.

Zbigniew Herbert (1924 - 1998) was een van de belangrijkste Poolse dichters.
Hij keerde pas na het vallen van de muur en van de communistische regimes in
Oost-Europa terug naar Polen na jarenlange ballingschap in West-Berlijn. Hij
kreeg steeds meer erkenning toen de veranderde politieke situatie ertoe
leidde dat men meer oog kreeg voor de metafysische en persoonlijke kanten
van Herberts poëzie en men zijn gedichten niet meer uitsluitend betrok op de
sociale en politieke context.

jop

 

 


Prachtige gedichten jop,
ik vind het beeldende heel mooi, je ziet gewoon een filmpje
als je het leest.
Jouw uitleg is ook heel duidelijk. Het vadergedicht verteld door een 'ik'
wellicht omdat hij zich als man meer identificeert met de vader, denkt in
eerste instantie hetzelfde te worden (ik dacht dat we samen...)

en van de vrouw die zijn moeder is moet een jongen, man wordend, zich van
losmaken, weggaan uit de beschermende armen, maar hij weet dat hij altijd
kan terugkeren naar dat vaste stabiele gegeven : de moeder als stad waar
altijd de lichtjes aan zijn zodat je haar terugvindt

ik zie het echt als ouders en niet als god en de moeder gods


> Aan de dichtminnende grrls:
> voor degenen waar het Boekenfestijn nog bij in de buurt komt (zie
> agenda op Internet):

dank voor de tip jop :-)

en hier ook:

http://www.poemhunter.com/zbigniew-herbert/


Ik vind ze allebei mooi. De bespiegelingen over vader vind ik echter
aangrijpend en de bespiegelingen over moeder meer een aardig gevonden beeld.
De vader die als een god heerst en oordeelt over het gezin. Zo was het
vroeger ook vaak, vader werkt hard voor het gezin, leidt het en beschermt
het, heeft zijn eigen stoel,-maar is ook 'hard' voor zijn kinderen.
De zoon die zichzelf ook zo ziet, later zal hij net als zijn vader ook
precies weten wat goed en slecht is en (ver)oordelen.
Achteraf blijkt dat hele vertoon niets waard te zijn, van al die grootsheid
blijft niets over, de vader wordt hulpeloos en breekbaar als een kind,
sterft. De zoon weet dat zijn vader in hem voortleeft en ook dat er voor
hemzelf nederlagen zullen zijn.

Er is heel weinig nodig voor verzoening zeggen ze, en de zoon denkt: ja toen
hij nog een schim van zichzelf was leek het weinig moeite te kosten- maar in
wezen was het dus heel veel wat opgegeven moest worden om zo weinig te
worden, en heeft het ook mij, de zoon, heel veel gekost.

bedankt Jop! ook voor je toelichting


o, wat mooi is dit jop dank!

> BESPIEGELINGEN OVER VADER

knip

> een handelaar in oude spullen nam zijn troon mee op zijn kar

mooi beeld hoe vader van zijn troon viel
die ook nog weinig waard bleek te zijn

> en het uittreksel uit het hypotheekregister de kaart van onze
> bezittingen

en ook de verhouding met vader bleek achteraf te zwaar beleend

> hij werd een tweede keer geboren klein en heel broos
> de huid doorschijnend bijna zonder kraakbeen
> hij had zijn lichaam verkleind zodat ik het op kon nemen

pas in zijn oude dag werd vader benaderbaar

> op een onbelangrijke plaats is een schaduw onder een steen

maar grote indruk heeft vader niet achtergelaten

> hij zelf groeit in mij we eten onze nederlagen
> barsten uit in lachen
> wanneer ze zeggen hoe weinig is er nodig
> om je te verzoenen met elkaar

deze sardonische grap vind ik geweldig!
humor is toch een heel mooi iets.

> MOEDER

> Hij viel van haar knieën als een bolletje wol. Werd
> haastig afgewonden en vluchtte blindelings. Zij hield
> het begin van zijn leven vast. Ze wond het om haar
> vinger als een ring, ze wilde het beschermen.

'hij' is een zoon?

> Hij rolde
> steile hellingen af, nu en dan klom hij omhoog. Kwam
> verward nader en zweeg. Nooit zou hij terugkeren op
> de zoete troon van haar knieën.

die de weg terug naar de liefde van en voor zijn moeder niet kon vinden?

> Uitgestrekte armen lichtend in het donker als een oude
> stad.

prachtig beeld
moeder als een oude stad waar hij heimwee naar heeft.

> Heel apart onder woorden gebracht hoe verschillend de ik zich
> verhoudt tot
> zijn ouders. Religieus geïnspireerde beelden, de vader als God, de
> moeder
> wier schoot een troon was.

moeder als Maria, de moeder van god?

> In de vader moet geloofd worden, maar schulden
> vergeeft hij niet.

hij = zoon? of vader?

> In het eerste gedicht is er een 'ik' die over zijn vader schrijft,
> over de moeder schrijft de dichter niet als een 'ik', maar als 'hij'.
> De vader was god en hij de zoon van god, maar de vader blijft niet
> wie hij > was, hij valt van zijn voetstuk. Na de dood van de vader neemt de
> ik de > vader in zich op

ik begrijp dat een zoon dat wel haast zal moeten?
Freud en zo?

> terwijl hij (een noodzakelijke?) afstand bewaart tot zijn
> moeder.

mooi beeld dat van dat bolletje wol dat van haar knieën valt
klim daar maar weer eens tegen op als bolletje wol

> De moeder blijft wie ze was, haar armen blijven naar hem
> uitgestrekt, maar
> de zoon groeit van haar weg.
> Zo lees ik het gedicht tenminste.

ik ook

> Of zou het niet over ouders gaan, maar letterlijk over zijn
> verhouding met
> God en de moeder Gods?

als ongelovige zou ik daar geen antwoord op kunnen geven :-)

> Edith zou misschien zeggen dat het een het ander niet uitsluit. Hoe
> meer
> betekenislagen in een gedicht, hoe beter.

en daar ben ik het helemaal mee eens.

nogmaals dank jop

en de titel meneer cogito vind ik ook al zo mooi.

jammer dat herbert al tien jaar dood is anders vroeg ik hem nu ten
huwelijk. ;-)


> hij zelf groeit in mij we eten onze nederlagen
> barsten uit in lachen
> wanneer ze zeggen hoe weinig is er nodig
> om je te verzoenen met elkaar

deze sardonische grap vind ik geweldig!
humor is toch een heel mooi iets.

jammer dat herbert al tien jaar dood is anders vroeg ik hem nu ten
huwelijk. ;-)

Ja, dat belooft makkelijk als hij toch al dood en begraven is!;-)
Maar kennelijk lees je de strofe heel anders dan ik deed. Wie zijn volgens
jou de 'we' in 'we eten onze nederlagen'? Ik dacht dat het vader en zoon
waren. Zij lachen samen omdat eerst dood gaan nou niet bepaald weinig is.


Boekgrrls

Laatste keer bijgewerkt: 22/10/08  Eisjen

 
Woensdag Gedichtdag