Ik las onlangs van Foucault: Discipline, toezicht en straf. De geboorte van de gevangenis (vert. van Surveiller et punir), en was er zeer door gefascineerd. Foucault beschrijft de 17e/18e eeuwse omslag in het straffen van een straf die gericht is op het lichaam naar een straf die gericht is op de ziel (grof gezegd: van lijfstraffen tot morele verbetering / heropvoeding), een ontwikkeling die zich in een relatief kort tijdsbestek heeft afgespeeld volgens Foucault.
Vervolgens laat hij zien hoe deze ontwikkeling uiteindelijk leidt tot een minstens even grote onderwerping van het menselijk lichaam, maar dan aan disciplinerende krachten, en veel minder zichtbaar. Het lichaam wordt een dociel, onderworpen, genormaliseerd iets, niemand kan zich aan die onzichtbare macht onttrekken, en het fascinerende is dat mensen zich uit zichzelf aan de standaarden voor normaliteit van de maatschappij gaan aanpassen. Wie dat niet doet, wordt gekwalificeerd als abnormaal, en uit de maatschappij verwijderd en opgesloten, hetzij in gevange-nissen (zie de titel van het boek) hetzij in gestichten. Maar ook scholen en ziekenhuizen zijn voor Foucault discipli-nerende instellingen.
Hier brengt Foucault zijn beroemde (en aan Jeremy Bentham ontleende) metafoor van het panopticum in stelling: een architectonisch ontwerp waarin het toezichthoudend oog vanuit een wachttoren in het midden
iedereen in de gaten kan houden, terwijl het zelf onzichtbaar is (vgl. de koepelgevangenissen). Gevolg: niemand weet wanneer hij in de gaten gehouden wordt, en zal zich gedragen alsof hij constant gezien wordt. Handig voor de maatschappij die voor haar voortbestaan afhankelijk is van burgers die zich naar de normen van de maatschappij gedragen. Toezicht en controle wordt dus het machts-instrument bij uitstek. Het interessante (en actuele!) van Foucaults beschrijving van de gevangenis is nu dat hij aantoont hoe de gevangenis in feite vanaf het begin al voortdurend faalt in haar heropvoedende taak (zie ook de huidige recidivecijfers), maar niettemin in stand gehouden wordt, en zelfs gezien wordt als panacee tegen maatschappelijke problemen. (cellentekort!) De maatschappij heeft dus de gevangenis nodig om een bepaalde, gecontroleerde vorm van delinquentie in stand te houden, om daartegen 'het normale' af te grenzen.
Foucault´s stijl is heel beeldend, zijn beschrijving van de middeleeuwse lijfstraffen deed me absoluut walgen.(vierendelen, jakkes..) Bovendien is zijn visie op geschiedenis als een soort bron waarmee je huidige problemen en machtsverhoudingen kunt analyseren zeer boeiend, en weet hij dat ook heel overtuigend en meeslepend te beschrijven. Cornelis Verhoeven schrijft ergens over Foucault:
'... zijn overigens briljante interpretatie van de historische gegevens -zo briljant dat het er soms op lijkt dat hij de geschiedenis heeft uitgevonden om haar te kunnen interpreteren.'
Dat klopt wel, hij is ongetwijfeld bezig historische gegevens naar zijn hand te zetten. Het leuke vind ik dat ik, sinds ik dit boek (en fragmenten van ander werk van hem) gelezen heb, steeds alert ben op hoe zo´n disciplinerende, normaliserende macht kan werken, en ontzettend veel voorbeelden tegenkom in het dagelijks leven. Zelfs in zo iets simpels als het boekenweekgeschenk kun je die processen al terug zien, maar wat dachten jullie bijvoorbeeld van de Amerikaanse Patriot Act, die wordt gepresenteerd als onmisbare maatregel om de veiligheid van burgers te waarborgen, maar intussen wel bijdraagt aan een grotere zichtbaarheid van de burgers voor de machthebbers, en tegelijk minder controle van de burgers over hun eigen bestaan, wat mensen wel en niet van ze mogen weten.
En zo zijn er legio actuele voorbeelden te verzinnen. Nou ja, het moge duidelijk zijn dat ik erg enthousiast was over dit boek. Ik ga die roman (Patricia Duncker: De Foucault Hallucinatie) dus zeker ook lezen. Misschien hoef je inderdaad daar de filosoof niet voor te kennen, maar ik geloof vast dat het een meerwaarde geeft...
Groetjes,
Hanne
Hanne schreef:
> Ik las onlangs van Foucault: Discipline, toezicht en straf. De geboorte > van de gevangenis (vert. van Surveiller et punir), en was er zeer door > gefascineerd.
En toen volgde een prachtig verslag. Ik heb indertijd stukken uit dit boek en andere van Foucault moeten lezen voor m'n rechtenstudie, en vond ze af en toe knap moeilijk. Dus heb er bewondering voor dat je zijn theorie over straf en disciplinering zo helder en kernachtig samenvat. Vind het daarnaast leuk om te merken dat ik er indertijd kennelijk toch wel iets van heb opgestoken: ik herken wat je schrijft, en herken ook dat ik bij sommige ontwikkelingen in de maatschappij kritisch ben over het disciplinerings- en bewakingsaspect, wat dus is terug te voeren op zijn ideeën. Bedankt!
Ook ik werd ooit (andragologie, die studie bestond toen nog) geconfronteerd met Foucault-teksten. Vond ze knarstandend lastig en zeer ontoegankelijk. Zij het wel intrigrerend.
>Dus heb er bewondering voor dat je zijn theorie over straf en disciplinering zo helder en kernachtig samenvat.>
Idem dito. M'n complimenten.
Hartelijk welkom op onze lijst Hanne, ik heb met interesse je bijdragen tot nu toe gelezen. Ben benieuwd of jij in Hallucinating Foucault meer verwijzingen naar Foucault kunt ontdekken dan wij die tot nu toe van dit boek genoten hebben zonder al te veel kennis van Foucaults theorieën. Het is een fraai verhaal waarover ik graag nog meer hoor.