Als ik mijn eerste indrukken van dit boek in enkele woorden neer zou moeten zetten dan zou dat zijn: "spannend", "vreselijk interessant" en "ik wil meer weten".
Een historische thriller met als onderwerp het goudtransport dat de Nazi’s aan het eind van de tweede wereldoorlog organiseerden om al het gestolen goud, van de door hen bezette landen, uit handen te houden van de oprukkende gealliëerden. Eén van de begeleiders van dit transport is de hoofdpersoon Herman Wagenvoorde, employé van het Almelose filiaal van de Nederlandse Bank die via de "arbeitseinsatz" gedwongen wordt in Berlijn op het hoofdkantoor van de Reichsbank te werken.
Van de blurp:
“Goud op het spoor is het adembenemende verhaal van een immens transport van goudstaven kriskras door Duitsland. De hoofdpersoon is een opportunist, die eerst voor het verzet werkt, maar er naderhand geen moeite mee heeft om zich voor de Duitse machthebbers in te zetten. De enige partij waar hij echt voor kiest, is die van zijn welbegrepen eigenbelang. Een rake thriller tegen het décor van het gebombardeerde Berlijn en de slotakte van een wereldoorlog, maar ook een enerverend stuk geschiedschrijving."
Het verhaal begint met Timo Bloem die op zoek gaat naar zijn biologische vader, Herman Wagenvoorde. Als Timo eenmaal weet dat Herman zijn vader is, en dat is al heel snel, wordt het verhaal vanuit beider situaties verteld. Timo wil weten hoe het zo ver heeft kunnen komen dat zijn vader, die als verzetsstrijder begon, ook aan de kant van de Nazi’s heeft kunnen werken.
In het boek loop je op de vragen van Timo vooruit. Door Herman te volgen weet je eerder dan Timo over het "hoe" en het "waarom" en dat maakt het op de een of andere manier nog spannender. Timo probeert o.a. via de weduwe van Herman het nodige te achterhalen, maar ondertussen weet je als lezer al wie zijn Nederlandse biologische moeder èn wie de Duitse vriendin is. De laatste is een heel intrigerende dame. Dochter van de Duitse Graaf Pabst von Konigstein Witzleben, die onder de naam Louise Konig als secretaresse in Berlijn de kost verdient voor haar familie die al hun bezittingen kwijt is geraakt. Ze wordt Herman’s geliefde en weet op haar beurt van de opportunist te profiteren.
Ik heb de schrijver gesproken (ja, ja, zie de foto) en toen ik hem vroeg hoe hij op het idee gekomen was van “de kleine Louise” , zoals Herman haar noemt, vertelde hij dat zijn vrouw het boek Die Tagebücher der "Missie" Wassiltschikow >had gelezen en hem zo enthousiast over het intrigerende leven van deze Russische adelijke dame en haar zuster had verteld, dat haar leven en haar beschrijvingen van het Berlijn tijdens de bombardementen door de Engelsen een bron van inspiratie voor hem waren geweest.
S.T. Olivier, historicus van beroep en zeer goed op de hoogte van het wel en wee van de Nederlandse Bank, heeft zo heel wat "echte" personages en ware gebeurtenissen in het boek neergezet. Het geheel is een heel intrigerend verhaal dat aanspoort tot meer lezen over die onbekende kanten van de Tweede Wereld Oorlog. Een goed boek en een aanrader dus!
Eisjen
maart '02