2004 1e helft

DE SCHRIJVER 

Hrabal is geboren in 1914 in Brno-Zidenice, Moravia. Hij groeide op in een bierbrouwerij. Zijn hele leven is hij dan ook een stevige bierdrinker geweest. Ik ben nog steeds in het bezit van een krantenartikel "De kroeg in met Hrabal". Hierop staat een stukje plattegrond van Praag (waar Hrabal vanaf de latere jaren veertig woonde) met daarop zijn favoriete kroegen. Als ik ooit naar Praag ga, wil ik die zeker meenemen. 


Dit boek stond op de boekgrrlslijst van juli als Nobelprijswinnaar, maar ik heb het nu pas gelezen. Wederom een heel bijzonder boek, uit een heel andere tijd, en leuk om nu eens iets gelezen te hebben van zo'n bekende Fransman.

Het is een eigenlijk idioot verhaal dat wordt verteld in vijf delen (boeken), waarin allemaal een van de hoofdpersonen centraal staat. De personen zijn met elkaar verbonden door de familiebanden tussen drie zusters: hun mannen/zwagers zijn de centrale figuren. 

Over het gekke van zijn verhaal merkt Gide zelf op: "Bevoegde critici beschouwen de roman wel eens als geschiedenis die had kunnen gebeuren, en de geschiedenis als een roman die gebeurd is. Men moet toegeven dat een schrijver soms geloofd wordt, terwijl de werkelijke feiten ongelooflijk blijven. Helaas bestaan er ook sceptische geesten die een feit loochenen zodra het buitengewoon is. Het is niet voor hen, dat ik schrijf."


Arme, maar mooie jongen (Pietro) gaat werken voor de ook al zo mooie, maar arrogante Maria. Na een aanvankelijke wederzijdse afkeer komt het tot een gepassioneerde liefdesverhouding. Een huwelijk zit er niet in, het standenverschil is te groot en Maria's familie zit verlegen om een echtgenoot met geld. En dus trouwt Maria met de rijke, intelligente en symphatieke, maar lelijke Francesco. 

Citaat: Ze hield niet van Francesco, maar Pietro was vergeten. Haar hart, genezen van de vreselijke liefdesaandoening, was nu vredig aan het soezen, alsof het van een ziekte herstelde.

Van vroeger herinner ik me nog dat je wanneer je de communie ontving, je drie uur, later 1 uur van te voren niet mocht drinken. Tijdens de lange hoogmis moest dan ook vaak de fles 4711 gepakt worden om flauwgevallen mensen bij te brengen. In de tijd van Maria was het kennelijk nog een stuk strenger: 


Het boek werd alom aangeprezen, werd een bestseller en bleek voor de meesten van ons een page-turner te zijn : doorlezen tot je het uit hebt. Men vond het over het algemeen een spannend leesboek vol geschiedenisweetjes, puzzeltjes en verrassingen.


De boekgrrl die dit boek heeft aanbevolen las in Trouw een interessant artikel over dit verhaal. Ze kocht het boek zodra het opnieuw was uitgegeven en raakte zeer onder de indruk van dit schokkende relaas.

Waar gaat het over: 
In april 1945 begint een Berlijnse vrouw, die op het moment van schrijven ongeveer dertig jaar oud is, haar dagboekaantekeningen. Berlijn is op dat moment platgebombardeerd en men verwacht dat de Russen elk moment in het oostelijk deel van Berlijn kunnen binnenvallen. De schrijfster, duidelijk een intelligente hoogopgeleide vrouw, beschrijft openhartig wat miljoenen vrouwen hebben moeten meemaken; eerst het overleven in puinhopen, de honger, de angst, de weerzin en vervolgens de vernederingen, systematische verkrachtingen en de wraak van de overwinnaar.


Subscribe to 2004 1e helft